Het Haas F1 Team, van Amerikaanse komaf, is officieel de nieuwkomer binnen de Formule 1 komend seizoen. Volgens teambaas Günther Steiner is Haas van plan om voor de winst te gaan en wil het absoluut niet als hekkensluiter fungeren. Steiner: “We rijden niet in de F1 om als laatste over de finish te komen.”

Steiner geeft zelf al aan in het interview met USA Today dat het wellicht wat arrogant overkomt, maar Haas heeft grote ambities en wil deze graag waarmaken. Haas wil niet meedoen omdat het dan binnen de F1 kan meedoen. Ze willen graag bij de top van de racerij horen. Meedoen is dus niet genoeg, maar zet Haas alles op alles om te winnen. Eigenaar Gene Haas en teambaas Steiner hebben volgens eigen zeggen een verstandige aanpak te hebben.

Volgens Gene Haas is hij geen genie en weet hij het absoluut niet beter dan alle andere eigenaren en bazen binnen de F1. Maar hij heeft een bepaalde visie en zegt te luisteren naar mensen. Volgens eigen zeggen gaan ze het simpel houden en op die manier de focus leggen op racen en niet op alle randzaken.

Haas komt met frisse aanpak

Een van de dingen die Haas anders doet dan alle andere nieuwkomers is dat het direct samen is gaan werken met een ander team. Namelijk Ferrari. Andere teams zoals HRT en Caterham zijn bijna direct failliet gegaan. Manor is het enige team dat nog een doorstart heeft kunnen maken. Haas werkt samen met de Scuderia op technisch gebied en koopt zoveel mogelijk in bij Ferrari. Volgens Haas is het een verstandige zet omdat je zo’n samenwerking nooit moet laten lopen. Het is een kostbare investering en het kost enorm veel tijd, maar dan heb je wel de crème de la crème. En omdat het zoveel tijd en geld kost hebben er al veel andere teams gefaald.

Haas beseft natuurlijk dat ze alles wat ze nu vertellen nog waar moeten maken, maar ze hebben er alle vertrouwen in. Dat blijkt uit alle berichten en communicatie die nu naar buiten komt vanuit Haas. Ze zijn nu al 1,5 jaar aan het voorbereiden, de mannen hebben er zin in. Ze willen aan de bak! En wij willen ze natuurlijk maar al te graag zien rijden.